Net zoals voor de vitaminen geldt ook voor de mineralen dat een systematische toediening dient te worden vermeden en dat hun gebruik moet gebeuren met een duidelijk vooropgesteld therapeutisch doel, waarbij rekening wordt gehouden met de dagelijkse behoeften en de aanvoer van deze stoffen via de voeding. Overdosering van bepaalde mineralen zoals ijzer, koper en calcium, kan leiden tot intoxicatie.
Calcium wordt aangewend bij melkziekte en diverse vormen van tetanie. Magnesiumchloride wordt in combinatie met calcium gebruikt voor de behandeling van hypocalcemie. Gezien het hoger gehalte aan magnesium in bepaalde preparaten kunnen deze worden aangewend voor de behandeling van hypomagnesemie of grastetanie, hoewel de oorzaak van tetanie eerder secundair is. Het chloride is hierin van belang omdat het de elektrolytenbalans eerder naar een acidogene situatie duwt en zo de absorptie van zowel calcium als van magnesium ondersteunt. Calciumchloride dat uitsluitend intraveneus wordt toegediend, wordt tegenwoordig vervangen door organische calciumcomplexen. Deze zijn minder irriterend en kunnen zowel intraveneus als subcutaan worden toegediend. Een te snelle intraveneuze toediening van calcium kan leiden tot hypotensie, aritmie en hartstilstand. Een gelijktijdige toediening van hoge dosissen vitamine D kan de resorptie van calcium verhogen en leiden tot hypercalcemie. Sommige preparaten bevatten naast calcium en magnesium ook nog andere substanties.