Farmacotherapeutische info

Glucose

datum meest recente update: 13-10-2025
Groep
Metabolisme
Indicatie
perfusie
rehydratie
energiedeficit
ketose
Actief bestanddeel
glucose
Indicatie

De hypertone oplossingen (glucose 300 mg/ml) zijn geïndiceerd voor de behandeling van ketonemie bij rundvee en drachtigheidstoxemie bij kleine herkauwers. Naast de correctie van de hypoglycemie, zijn eveneens pathologische toestanden die gepaard gaan met hypovolemie zoals septische, endotoxische, traumatische of chirurgische shock geïndiceerd.
De isotone oplossing (glucose 5 g/100 ml) is geïndiceerd voor de behandeling van dehydratatie (bij afwezigheid van shock) bij runderen, schapen, geiten, varkens, paarden, honden en katten. Het kan ook worden gebruikt voor het corrigeren van hypernatriëmie (door suppletie van vochtverlies) en ter ondersteuning bij het corrigeren van hyperkaliëmie via stimulering van de vorming van insuline, wat op zijn beurt ervoor zorgt dat kalium vanuit het plasma in de cellen wordt opgenomen.

Farmacodynamie

De hypertone glucoseoplossing (300 mg/ml) levert per gram glucose ongeveer 3,4 kcal. De isotone glucoseoplossing (5 g/100 ml) is isotoon op het moment van toediening hierdoor wordt voorkomen dat rode bloedcellen hemolyseren door de osmotische shock. Wanneer vervolgens de glucose wordt gemetaboliseerd tot water, komt dit neer op het toedienen van een hypotone oplossing. De isotone glucoseoplossing (5 g/100 ml) levert per gram glucose ongeveer 4 kcal.

Farmacokinetiek

Intraveneuze infusie zorgt voor een snelle distributie. De bestanddelen van de infusieoplossing worden langs dezelfde routes gemetaboliseerd en uitgescheiden als water en glucose die afkomstig zijn uit voedingsbronnen. Indien de infusiesnelheid 0,5 g glucose/kg LG/h overschrijdt, zal er een diuretisch effect optreden als gevolg van glucosurie.

Contra-indicatie

De hypertone oplossing (glucose 300 mg/ml) mag niet toegediend worden aan gedehydrateerde dieren. De isotone oplossing (glucose 5 g/100 ml) is niet aangewezen voor de correctie van hypotone dehydratatie. Subcutane toediening wordt ontraden.

Bijwerkingen

Bij onzorgvuldige iv-injectie zijn flebitis en weefselreacties op de plaats van toediening mogelijk.

Interacties

Niet toedienen met andere geneesmiddelen. Er is onverenigbaarheid met bepaalde antibiotica (bv. bètalactamantibiotica, tetracyclines, sulfadiazinenatrium) en heparine vastgesteld.

Voorzorgen voor gebruik

De hypertone oplossing mag enkel intraveneus toegediend worden. De oplossing tot lichaamstemperatuur brengen voor ze wordt toegediend. Overinfusie kan leiden tot overhydratie en hypertensie. Toediening van te veel glucose kan leiden tot hyperglykemie, glucosurie en polyurie.

Voortplanting & lactatie

Er zijn geen beperkingen gekend.

Diergeneesmiddelen