Monepantel is een breedspectrum-anthelminthicum geïndiceerd voor de behandeling en preventie van infestaties met gastro-intestinale nematoden (volwassen en L4 stadia, inclusief geïnhibeerde larven) bij het schaap met inbegrip van lammeren ouder dan 2 weken en zwaarder dan 10 kg. Het gebruik bij ooien die melk produceren voor menselijk gebruik is niet toegestaan. Het geneesmiddel is werkzaam tegen stammen die resistent zijn tegen benzimidazoles, levamisol, morantel, salicylanilides en macrocyclische lactones. Resistentie tegen monepantel werd beschreven in Nieuw-Zeeland.
Monepantel is een amino-acetonitrilderivaat (AAD), een nieuwe klasse van anthelminthica. Het is werkzaam op de Hco-MPTL subeenheid van de nematodespecifieke nicotinerge acethylcholinereceptor.
Monepantel wordt na orale toediening snel geabsorbeerd en vervolgens geoxideerd naar een sulfonmetaboliet. Piekbloedconcentraties worden bereikt binnen een dag. De eliminatiehalfwaardetijd bedraagt ongeveer vijf dagen. De excretie gebeurt hoofdzakelijk via de feces, in mindere mate met de urine. Voeren of vasten voor of kort na de behandeling heeft geen invloed op de werkzaamheid.
De veiligheid is niet verzekerd bij schapen die minder dan 10 kg wegen of jonger zijn dan 2 weken.
Geen bekend.
Geen bekend.
Zoals voor andere antiparasitaire middelen, geldt ook hier dat de werkzaamheid van de behandeling moet worden nagegaan (klinische verschijnselen, fecale eitelling) om de kans op resistentie-ontwikkeling te verkleinen. Slechte werking van het toedieningsapparaat of het onderschatten van het lichaamsgewicht van de dieren kan leiden tot onderdoseringen wat het ontstaan van resistentie in de hand werkt.
Het diergeneesmiddel kan worden gebruikt bij fokschapen, inclusief drachtige en lacterende ooien indien de melk ervan niet voor menselijke consumptie is bedoeld.